In de metro van 23 maart 2011 stond het volgende artikel.
Verkoop van bont nog nooit zo hoog
Bont is in, maar verontwaardiging daarover is selectief: alleen de zeehond is zielig. Handelsverbod zeehondenbont in Europa opgeheven, maar geen Nederlandse bonthandelaar brandt z’n handen aan zeehond.
In Canada is de zeehondenjacht begonnen. Zo’n 330.000 jonge zeehonden, bekend om hun knuffelvacht en Bambi-blik, vinden de knuppeldood. De beelden zullen wereldwijd weer voor verontwaardiging zorgen, want al die deerniswekkende diertjes, met al dat bloed op het ijs… dat is de gemiddelde dierenvriend te veel. “De zeehond is nu eenmaal hét symbool voor de wrede jacht voor op dieren voor iets zinloos als bont”, zegt Nicole van Gemert van Bont voor Dieren.
Toch is de handel in zeehondenbont maar marginaal. “Het gaat, ook wereldwijd, om nul komma nul zoveel procent van de totale hoeveelheid bont die wordt verhandeld”, zegt Ron Haarman van het Nederlands Bont Instituut, branchevereniging voor bonthandelaren in Nederland. In vergelijking met 44 miljoen nertsen en 4 miljoen vossen die jaarlijks worden gedood voor hun pels, zijn 330.000 zeehonden inderdaad niet veel. Zeker in Nederland is er geen bontverkoper die zich waagt aan zeehond. Hoe dat komt? “Beeldvorming”, zegt Haarman. “De tv is nu eenmaal een perpetuem mobile (eeuwig draaiende machine, red.) als het gaat om beelden van stervende zeehonden.”
Begrijp Haarman niet verkeerd: hij wil zich best sterk maken voor verkoop van zeehondenbont in Nederland. Het is ook legaal, sinds de Europese Unie onlangs het handelsverbod voor zeehondenbont van Inuit (eskimo’s van Groenland en Canada) werd opgeheven. “Zeehondenbont van Inuit is een prachtig, ecologisch verantwoord product. Ze eten zeehonden zoals wij koeien eten; het bont is een restproduct.”
Dat laatste bestrijdt Nicole van Gemert van Bont voor Dieren. “Als de dieren voor eigen gebruik zijn, omdat de traditie dat zou voorschrijven, waarom dringen ze dan zo aan op opheffing van het exportverbod?” Toch ergert ook Van Gemert zich aan de selectieve verontwaardiging. “Want in de tussentijd is er een jongerencultuur ontstaan waarin het dragen van ander bont breed geaccepteerd is.” Ze hoeft daarvoor alleen maar te wijzen op de populariteit van de bontkraag, die van wasbeerhonden, vossen, nertsen, en coyotes wordt gemaakt.
Gegevens van de Internationale Federatie van Bonthandelaren onderschrijven dat de wereldwijde verkoop van bont nog nooit zo hoog is geweest als nu. “Goed dat de consument laat zien bont zo te waarderen”, vindt Haarman. “Al zeggen we wel: koop goed bont, waarvan een verantwoorde productie is gegarandeerd.” Dan heb je dus met die wasbeerhonden, waarvan de kragen van de nu populaire jassen worden gemaakt, al een probleem, zegt Van Gemert. “Die dieren worden gefokt in China. Onder welke omstandigheden? Geen idee. Ook niet hoeveel er jaarlijks worden gedood. Ze worden verkocht en geregistreerd als stukjes bont, niet als dier.” Een wasbeerhond is nu eenmaal geen zeehond.
Vergeten jacht
* In Namibië worden jaarlijks 85.000 zeehondenpups gedood. Bont voor Dieren noemt dit de ‘vergeten zeehondenjacht’.
* Het aantal zeehonden dat de Inuit op de Europese markt willen afzetten, is verwaarloosbaar: onder de duizend. Het komt er voorlopig ook niet van, omdat de certificatie nog niet is geregeld.
* Onderwijl probeert Canada via wereldhandelsorganisatie WTO z’n bont te mogen afzetten op de Europese markt.
Filmpje over de vergeten zeehondenjacht in Namibië, die in de juni begint. Pas op deze beelden kunnen als schokkend ervaren worden.
(Bron: Metro, door Niels Rigter, 23 maart 2011)