Amsterdam, 12 mei 2010 – De Raad van State heeft vandaag een positief advies uitgebracht over de aanpassing (‘novelle’) van het wetsvoorstel (van SP en PvdA) voor een nertsenfokverbod. Met deze aanpassing wordt de afbouwperiode voor de nertsenfokkers met 5 jaar verlengd, namelijk van 2019 tot 2024. Bont voor Dieren is zeer verheugd dat een definitief nertsenfokverbod nu weer een stap dichterbij is gekomen. De stichting betreurt het wel dat er geen meerderheid in de Eerste Kamer te vinden was voor de oorspronkelijke afbouwtermijn van 10 jaar die immers ook al zeer ruim was.
De Tweede Kamer stemde in juni 2009 al vóór een nertsenfokverbod. Ook in de Eerste Kamer tekent zich een duidelijke meerderheid vóór het wetsvoorstel af. Echter, de senatoren van CU en SGP waren wel van mening dat de afbouwtermijn verlengd diende te worden. Daarop hebben de indieners van het wetsvoorstel, Krista van Velzen (SP) en Harm Evert Waalkens (PvdA) een aanpassing (‘novelle’) ingediend waardoor de fokkers 5 jaar extra de tijd krijgen om om te schakelen op een andere bron van inkomsten.
Krista van Velzen (SP) is initiatiefnemer van het wetsvoorstel dat zij in 2006 indiende: ‘Ik ben blij dat de Raad van State groen licht gegeven heeft. Ik hoop dat de Tweede Kamer dat ook snel doet zodat het wetsvoorstel snel aangenomen kan worden! Mocht dit niet voor de verkiezingen lukken, dan raad ik iedereen aan te stemmen op een diervriendelijke partij om daarmee steun aan ons wetsvoorstel te geven!’
Claudia Linssen, directeur van Bont voor Dieren stelt: ‘Bont voor Dieren is uiteraard verheugd dat de Raad van State geen bezwaren heeft tegen de aanvulling op het wetsvoorstel voor een nertsenfokverbod. Er is dus geen beletsel voor Tweede en Eerste Kamerleden om vóór deze aanpassing te stemmen. Het nertsenfokverbod is hiermee weer een grote stap dichterbij gekomen. Vanzelfsprekend zijn wij wel verdrietig dat deze aanpassing betekent dat de nertsenfokkerij nóg langer mag doorgaan met het doden van dieren voor een overbodig modeproduct als bont. Temeer daar in het eerste voorstel de fokkers al ruim de tijd kregen om om te schakelen naar een andere bedrijfstak. Maar gezien de verhoudingen in de Eerste Kamer is er helaas geen andere weg om tot een verbod te komen.‘
